• De centrale bank van Brazilië heeft de beleidsrente verlaagd, maar dat straalt niet negatief af op de Braziliaanse real.
  • De Braziliaanse munt blijft het redelijk goed doen op de valutamarkt.
  • Valuta-expert Joost Derks van iBAnFirst legt uit wat het geheim is van de kracht van de real.

ANALYSE – Een renteverlaging van de centrale bank in een land is een beproefde methode om de economische groei aan te wakkeren. Op valutamarkten gaat de wisselkoers van de betrokken munt dan vaak mee omlaag met de rente, aangezien veel partijen hun vermogen toch liever aanhouden in een valuta met een hogere rentevergoeding. Bij de Braziliaanse real is daar echter weinig van te merken.

Sinds de zomer van 2023 heeft de centrale bank van Brazilië het beleidstarief daar verlaagd van 13,75 procent naar 11,25 procent. Maar voorlopig geeft de real geen krimp.

Dat heeft niets te maken met het sentiment rondom de munten van Latijns-Amerikaanse landen. Iets verder naar het westen in Chili is de beleidsrente sinds de zomer teruggevallen van 11,25 naar 7,25 procent. En die daling laat zich wel degelijk voelen op valutamarkten. De Chileense peso heeft sinds de zomer 20 procent van zijn waarde verloren ten opzichte van de euro.

Een belangrijke reden waarom de Braziliaanse real wel blijft liggen, heeft te maken met kapitaal vanuit de beleggingswereld dat zijn weg vindt naar Brazilië.

Economie Brazilië trekt buitenlandse investeerders

Investeerders zien het behoorlijk zitten wat Brazilië betreft. De economie groeit al veertien kwartalen op rij telkens iets sneller dan verwacht. Voor het lopende jaar werd de prognose onlangs ook al wat hoger gelegd. Een groei van 2 procent is toch wel de ondergrens, benadrukte minister van Economische Zaken Fernando Haddad.

Er is bovendien nog ruimte voor meevallers. Als de Chinese economie in het voorjaar wat opkrabbelt, kan een grondstofexporteur zoals Brazilië daarvan profiteren.

De economische groei van Brazilië steekt heel gunstig af bij de westerse wereld. In Nederland had je bijvoorbeeld een vergrootglas nodig om te zien dat de economie in het vierde kwartaal van 2023 nog net met 0,1 procent groeide. Dat is een grotere opsteker dan het lijkt, want in de drie voorgaande kwartalen was er juist sprake van een kleine krimp.

Als de economische groei van Nederland in het vierde kwartaal opnieuw negatief was geweest, zou ons land de langste recessie doormaken sinds het CBS de groeicijfers halverwege de jaren ’90 is gaan bijhouden.

Economische motor Europa sputtert

Nederland is echter niet het enige land waar de economie wel een boost kan gebruiken. De Europese Commissie schroefde vorige week de groeiverwachting voor Duitsland – de economische motor van Europa – voor 2024 terug van 0,8 procent naar 0,3 procent.

Aan de overkant van de Atlantische Oceaan lijken de Verenigde Staten af te stevenen op een groei van 1,5 procent. Dat Amerikaanse groeicijfer lijkt op het eerste oog nog mee te vallen. Totdat je bedenkt dat die groei vorig jaar uitkwam op 2,5 procent en dat in verkiezingsjaren het groeitempo vaak juist wat hoger ligt

Aangezien de inflatie nog niet helemaal onder controle is, durven de Europese Centrale Bank en de Federal Reserve het echter niet aan om de beleidsrente te verlagen. Zo houden ze in zekere zin de voet op de economische rem. Ondertussen bloeit de Braziliaanse economie op.

Zolang er volop investeringskapitaal naar het land blijft stromen, laat het verschil in rentebeleid zich niet voelen. Zo is de real dus immuun voor de dalende rente.

Joost Derks is valutaspecialist bij iBanFirst. Hij heeft ruim twintig jaar ervaring in de valutawereld. Bekijk de video’s over ontwikkelingen binnen de valutawereld op het YouTube-kanaal van iBanFirst.